Hoofdstuk
Inleiding
Deze toelichting op het bijbelboek 2 Koningen is bedoeld als een hulp bij persoonlijke studie van dit bijbelboek. Ieder die er gebruik van maakt, wordt aangeraden dat te doen op dezelfde wijze als de Joden in Beréa naar de uitleg van het Woord luisterden: “Zij ontvingen het Woord met alle bereidwilligheid, terwijl zij dagelijks de Schriften onderzochten of deze dingen zo waren” (Hd 17:11).
Het is mijn verlangen en gebed dat het lezen van deze toelichting de liefde voor Gods Woord groter maakt. Het gevolg zal zijn: meer trouw en toewijding in het navolgen van de Heer Jezus. Dat zal zijn tot verheerlijking van de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, “aan Wie de heerlijkheid en de kracht is tot in alle eeuwigheid! Amen” (1Pt 4:11b).
Ger de Koning
Middelburg, herzien september 2022
Inleiding op 2 Koningen
Zoals is opgemerkt bij de inleiding op 1 Koningen, vormen de boeken 1 Koningen en 2 Koningen in het Hebreeuwse Oude Testament één boek. Dat de beide boeken één boek vormen, blijkt wel duidelijk uit de overgang van 1 Koningen naar 2 Koningen. Het boek 2 Koningen begint met de vermelding van de dood van Achab, waarvan de schrijver van de twee boeken Koningen in het laatste hoofdstuk van 1 Koningen verslag doet (1Kn 22:29-40). Daarmee sluit 1 Koningen echter niet af. Er volgt nog een kort verslag van het koningschap van Josafat over Juda, waarschijnlijk vanwege zijn relatie met Achab en diens zoon. Daarna worden nog enkele mededelingen gedaan over Ahazia, die zijn vader Achab als koning over Israël opvolgt. Daarmee eindigt 1 Koningen.
Een aannemelijke reden voor een scheiding in de geschiedenissen in het ene grote boek Koningen kan zijn dat het anders een te omvangrijk boek zou worden. Een aannemelijke reden om die scheiding aan te brengen zoals is gedaan, is moeilijker te geven. Als mogelijke reden is wel geopperd dat de scheiding is aangebracht op de manier waarop dat ook is gebeurd met het ene grote boek Samuel. 2 Samuel begint met de vermelding van de dood van Saul en 2 Koningen begint met de vermelding van de dood van Achab.
De beschrijving van het verloop van de geschiedenissen in 2 Koningen gebeurt op een manier die enigszins is te vergelijken met de manier waarop de schrijver het verloop van de geschiedenissen in 1 Koningen aan ons voorstelt. Het boek 1 Koningen begint met de zegen en wijsheid van Salomo en eindigt met de dwaasheden van de koningen van het noordelijke tienstammenrijk. De geschiedenis van het tienstammenrijk begint met Jerobeam, de ‘trendsetter’ voor alle volgende koningen van dat rijk, en eindigt met Achab, de volledig van God afgevallen koning.
Het begin van 2 Koningen is hoofdzakelijk een verslag van de genade van God door Elisa voor een afvallige natie. Ondanks die genade glijdt het volk volledig van God weg. Het boek 2 Koningen eindigt dan ook met de wegvoering van de tien stammen door de koning van Assyrië en de wegvoering van de twee stammen door de koning van Babel.