Hoofdstuk
Inleiding
Overzicht van de brief
De indeling van de brief is vrij eenvoudig:
1. Inleiding Galaten 1:1-5
2. Geschiedkundig deel Galaten 1:6-2:21
In dit deel verklaart Paulus de oorsprong van het evangelie dat hij predikt, zijn roeping en zijn verhouding tot de broeders in Jeruzalem en Petrus.
3. Leerstellig deel Galaten 3:1-4:31
In dit deel verklaart hij het onderscheid tussen gerechtigheid uit geloof en gerechtigheid door de wet; ook verklaart hij de betekenis van de wet.
4. Praktisch deel Galaten 5:1-6:10
In dit deel gaat hij in op de kenmerken van het nieuwe leven en hoe dat in het leven van de gelovige zichtbaar wordt.
5. Besluit Galaten 6:11-18
Inleiding op de brief
De brief aan de Galaten is in verschillende opzichten een unieke brief. Het is bijvoorbeeld de enige brief die aan een groep gemeenten is geschreven. Het is niet echt duidelijk of deze gemeenten in Noord- of Zuid-Galatië lagen. Het meest aannemelijk is dat het gaat om gemeenten in Zuid-Galatië omdat daar een aantal bekende steden lag: Antiochië, Iconium, Lystra en Derbe. Over deze steden lees je in Handelingen 13-14. Paulus is daar geweest en heeft er het evangelie gepredikt.
De brief is ook uniek vanwege de koele toon en krachtige taal die Paulus gebruikt. Na een korte, noodzakelijke inleiding begint hij direct met het aan de kaak stellen van het kwaad waarvoor de Galaten zich hebben opengesteld. In andere brieven heeft hij altijd eerst nog wel een woord van waardering voor het goede dat aanwezig is; pas daarna gaat hij schrijven over de onderwerpen waarvoor vermaning nodig is. Bij de Galaten doet hij dat niet. Hij valt met de deur in huis. Hij heeft haast. Dat heeft te maken met de aanleiding van zijn schrijven. Wat is er aan de hand?
In de gemeenten in Galatië zijn mensen gekomen die zeggen dat de gelovigen zich moeten laten besnijden en dat ze de wet moeten houden. Ook zeggen deze mensen dat Paulus niet een echte apostel is. Het erge is niet dat die mensen er zijn, toen en ook nu nog. Zulke mensen zijn er steeds geweest. Het erge is dat hun valse boodschap bij de Galatische gelovigen ingang vindt. Het is ook erg dat zulke mensen met zo’n valse boodschap nog steeds ingang vinden. Daarom is deze brief ook vandaag nog actueel. Misschien ontgaat jou op dit moment nog de verderfelijkheid van de leer die deze lieden brengen. De Galaten hadden dat blijkbaar ook niet door. Hoe meer we in het onderzoeken van de brief vorderen, hoe duidelijker je dat zult zien.
Een goed middel om je te helpen alvast enig begrip te krijgen voor de houding die Paulus hier aanneemt, is een vergelijking van de brief aan de Galaten met twee van zijn voorgaande brieven. Ik bedoel de brief aan de Romeinen en de eerste brief aan de Korinthiërs. Ik neem aan dat je die brieven al enigszins hebt bestudeerd. Het zal je dan bekend voorkomen als ik zeg dat Paulus in zijn brief aan de Romeinen, dat wil zeggen aan de gelovigen in Rome, schrijft over het evangelie als enige mogelijkheid voor een zondaar om voor God gerechtvaardigd te worden. De zondaar wordt gerechtvaardigd op grond van geloof.
In de brief aan de Galaten schrijft hij ook over rechtvaardiging op grond van geloof. Alleen schrijft hij hier aan gelovigen die ertoe neigen deze geweldige waarheid van zijn kracht en zegen te beroven door de wet weer in hun leven in te voeren. Wie dat doet, tast de volmaaktheid van het werk van Christus aan. In een gloedvol betoog schrijft Paulus in deze brief een glasheldere verdediging van de rechtvaardiging op grond van geloof alleen, zonder werken van de wet. Hij toont op niet tegen te spreken wijze aan hoe onverenigbaar wet en genade zijn, en hoe geloof en wet elkaar volledig uitsluiten als middelen om voor God gerechtvaardigd te worden. De brief aan de Galaten is dan ook een indrukwekkende en onmisbare aanvulling op de brief aan de Romeinen.
Als we de brief aan de Galaten vergelijken met de eerste brief aan de Korinthiërs wordt nog iets duidelijk. De gemeente in Korinthe is niet wat je noemt een voorbeeldgemeente. Ja, wel een voorbeeld, maar dan in hoe het niet moet. In Paulus’ brief aan hen moet hij heel wat zaken noemen die niet deugen en hen daarover vermanen. Er wordt daar zelfs een zonde getolereerd die je onder de heidenen niet eens vindt (1Ko 5:1). Toch is Paulus in die brief niet zo scherp van toon als in zijn brief aan de Galaten.
In Korinthe ligt de fout voornamelijk bij het gedrag van de Korinthiërs. Ze leven slordig, ze hebben nog niet al hun heidense praktijken veroordeeld. Hun gedachten over het praktische christelijke leven zijn nog niet voldoende gevormd door de kennis van Gods gedachten. In zijn brief aan hen doet Paulus er alles aan dat te corrigeren. Er is geen enkele acceptatie van hun zondige praktijk, maar toch merk je dat hij hun tijd wil geven zaken te veranderen. Hij begint zijn brief zelfs met zegenwensen en dankzegging.
Voor de Galaten heeft hij een uiterst beknopte zegenwens en geen dankzegging. De reden daarvan is dat de Galaten zich hebben opengesteld voor een ander evangelie dan het evangelie van Christus dat hij hun heeft gepredikt en dat ze hebben aangenomen. Dit andere evangelie is een vermenging van geloof en houden van de wet en betekent een rechtstreekse aantasting van de volmaaktheid van het werk van Christus. Christus en Zijn werk zijn in het geding. Vandaar de koele toon die hij gebruikt in deze brief en het krachtige protest dat hij laat horen.
Wij zijn veel sneller overtuigd van de verkeerde praktijken die in Korinthe worden gevonden, dan van de verkeerde leer waarmee de Galaten zich hebben ingelaten. Paulus niet. We mogen God dan ook dankbaar zijn dat hij Zijn dienaar Paulus deze brief heeft laten schrijven. Daardoor kunnen ook wij vandaag het kwaad naar zijn ware inhoud beoordelen en ermee handelen zoals God het wil.