Inleiding
Het beleven van de seksualiteit kan gemakkelijk een sleur worden. Dat is zo, als men alleen op bevrediging van behoeften uit is. Dan kan het zelfs saai worden. De schoonheid is eraf. Er wordt een programma afgewerkt. Dat stompt af. Maar als man en vrouw echt van elkaar houden en daarom zich aan elkaar geven is er een opklimmende beleving in de seksualiteit. Je leert samen, groeit samen. Dat groeien gaat alsmaar door, het wordt steeds mooier naarmate je elkaar steeds beter leert ‘kennen’. Het is dan ook geweldig om seksualiteit tot op hoge leeftijd te beleven.
Omdat het gaat om een zo intens mogelijke beleving van de seksualiteit in het huwelijk, wil ik het voorgaande aan de hand van een aantal teksten uit de Bijbel nog eens voor de aandacht stellen. Daarbij komen zowel de seksuele als de niet-seksuele aspecten aan bod.
Verblijden
“Wanneer een man pas een vrouw genomen heeft, mag hij niet met het leger uittrekken, en mag men hem geen enkele verplichting opleggen. Een jaar lang zal hij vrij zijn ten behoeve van zijn huis zodat hij zijn vrouw, die hij genomen heeft, kan verblijden” (Dt 24:5).
Ik ken geen Hebreeuws – dat is de taal waarin het Oude Testament op een paar kleine stukjes na is geschreven –, maar ik heb me laten vertellen dat het woord ‘verheugen’ meer betekent dan alleen ervoor zorgen dat zij zich blij en prettig voelt. Het wil ook zeggen dat de pasgetrouwde man zijn vrouw in seksueel opzicht blij maakt, haar ‘seksueel leert kennen’. Tijdens het eerste jaar, of in het algemeen de eerste tijd van het huwelijk, wordt de basis gelegd voor het verdere verloop en de opbouw van het huwelijksleven. Die tijd moet uitgebuit worden om elkaar zo goed mogelijk te leren kennen.
Vooral in het eerste jaar sta je nog fris tegenover elkaar. Natuurlijk heb je elkaar al een beetje leren kennen in de tijd van verkering en/of verloving, maar dat is dan ook slechts een beetje. Je gaat elkaar pas echt leren kennen als je getrouwd bent en alles met elkaar deelt. Dit is een woord voor de getrouwde mannen. Het is niet iets wat de man slechts een jaar hoeft te doen, maar daarmee mag hij doorgaan zolang God hen als man en vrouw bij elkaar laat. Dit woord voor mannen brengt mij bij de tweede tekst, die ook aan mannen is gericht.
Het Woord van God
“Opdat Hij haar zou heiligen, haar reinigend door de wassing met water door [het] Woord” (Ef 5:26).
De mannen mogen hun vrouwen iets over de Bijbel vertellen. Zij mogen hun vrouwen met het Woord van God dienen door hun te vertellen wat ze zelf in de Bijbel hebben gelezen. Christus reinigt de gemeente door het Woord. Dat is niet iets wat de man ten opzichte van zijn vrouw kan doen. De man heeft, als lid van de gemeente, evenzeer de reinigende kracht van het Woord nodig als de vrouw. Maar wat ik naar aanleiding van dit vers naar voren wil brengen, is dat het de verantwoordelijkheid van de man is om zijn vrouw het Woord van God uit te leggen en het toe te passen op haar alledaagse situatie (vgl. 1Ko 14:35). Daardoor worden haar gedachten gevormd en zal zij geestelijke kracht krijgen voor de taak die zij tegenover haar man en in het gezin mag uitoefenen.
De man moet ervoor zorgen dat in zijn huis de Bijbel het centrale boek is dat hij leest en voorleest. Hij moet tijd vrijmaken voor bijbelstudie. Natuurlijk moet de vrouw ook persoonlijk haar tijd hebben om met de Bijbel bezig te zijn. Zij moet in haar eigen omgang met God Zijn gedachten leren kennen. Maar in de navolging van Christus is het de man die zijn vrouw met het Woord moet dienen.
Gebed
“Mannen, evenzo, woont bij hen met verstand als bij een zwakker vat, het vrouwelijke, en bewijst hun eer, omdat ook zij mede-erfgenamen van [de] genade van [het] leven zijn, opdat uw gebeden niet verhinderd worden” (1Pt 3:7).
In directe aansluiting op het vorige punt, het Woord van God, wil ik wijzen op het gebed. Het is niet helemaal duidelijk of ‘uw gebeden’ de gebeden van de man zijn, of dat gedoeld wordt op de gebeden van man en vrouw samen. Laten we het maar op beide situaties betrekken.
In de eerste plaats is het weer iets wat tegen de mannen wordt gezegd. Hoe meer verstand iemand van zijn vrouw heeft des te rijker zal zijn gebedsleven zijn. Er zal met inzicht gebeden worden. Ook zal de gemeenschap met God, die in bijzondere mate in het gebed wordt ervaren, op peil worden gehouden. Ook het gebed van man en vrouw samen kan nooit een te grote plaats hebben in het huwelijksleven. Bid je geregeld met je vrouw? En doe je het ook als gezin? Hoe is het met jullie ‘familie-altaar’, het als gezin op gezette tijden of bij spontane gelegenheden over de Bijbel praten en samen bidden?
Vind je het moeilijk om iets uit de Bijbel te lezen en daar wat over te zeggen? Neem dan een boek dat iets over het gelezen gedeelte zegt en lees dat dan aan je vrouw voor. Op die manier ben je bezig met ‘voeden en koesteren’ van je vrouw, zoals dat van Christus ten aanzien van de gemeente geschreven staat (Ef 5:29). Bijbelstudie en gebed vormen het middelpunt van het huiselijk leven. Iedere man die zich in dit opzicht zijn verantwoordelijkheid bewust is zal hiertoe het initiatief nemen. Zijn vrouw zal hem daarvoor dankbaar zijn. Het is wel gebeurd dat mannen die grote menigten met het Woord dienden, van hun vrouwen de klacht te horen kregen dat zij die dienst niet aan hen deden.
Ruzie oplossen
“Laat de zon over uw toorn niet ondergaan” (Ef 4:26).
Dit vers gaat niet in directe zin over de verhouding tussen man en vrouw in het huwelijk, maar het is in zijn toepassing daarop wel belangrijk. Praktisch betekent het: Ga niet slapen zonder een conflict te hebben opgelost.
Er is vermoedelijk geen echtpaar waar nooit eens iets gebeurt dat wrijving geeft, iets waardoor man en vrouw tegenover elkaar komen te staan. Je hebt over iets een verschillende mening, je krijgt ruzie, want geen van beiden wil toegeven. Gun jezelf geen nachtrust voordat de ruzie is opgelost. Praat het uit. Vraag om vergeving voor je halsstarrigheid. Dit laatste is voor mannen moeilijk. Het kost zelfverloochening om je vrouw iets te belijden. Mannen hebben zichzelf aardig hoog zitten. Belijdenis ruimt op en maakt de weg vrij. Het antwoord moet vergeving zijn. Het contact is hersteld, je kunt God danken en rustig gaan slapen.
Opdracht
“Laat de man voldoen wat verschuldigd is aan de vrouw, en evenzo ook de vrouw aan de man. De vrouw heeft geen gezag over haar eigen lichaam, maar de man; en evenzo heeft ook de man geen gezag over zijn eigen lichaam, maar de vrouw. Onttrekt u niet aan elkaar, tenzij dan met onderling goedvinden” (1Ko 7:3-5a).
Hierin ligt de opdracht elkaar seksueel te bevredigen. Als man en vrouw ben je dat aan elkaar verschuldigd. Het kan natuurlijk niet de bedoeling zijn dat man en vrouw wederzijds een claim leggen op deze bevrediging. Het is ondenkbaar dat in een goed functionerend huwelijk de man of de vrouw zegt: Ik heb recht op jou. Waar dat wel zo is, gaat het om pure zelfbevrediging, het zelf bevredigd willen worden ten koste van de ander.
Als je je echter realiseert dat je geen beschikking hebt over je eigen lichaam, maar dat je lichaam er is voor de ander, dan geef je jezelf graag als de ander daar behoefte aan heeft. Deze uitwisseling krijgt dan zijn juiste invulling. Dan zal in het geval een van beiden een keer of een bepaalde periode geen zin heeft in seksueel verkeer daarvan met onderling goedvinden worden afgezien. Een vrouw is geen bezit, waarmee je kunt doen wat je wilt. Man en vrouw zijn helemaal van elkaar en hebben daardoor een schuld aan elkaar. En wat voor een schuld: het is de schuld van de liefde, een liefde die niet zichzelf zoekt. Liefde is niet iets wat je kunt opeisen, maar wat wordt gegeven.
De man het hoofd
“Maar ik wil dat u weet, dat Christus het Hoofd is van iedere man, en de man [het] hoofd van [de] vrouw, en God [het] Hoofd van Christus” (1Ko 11:3).
Zoals al eerder opgemerkt, staat de man boven zijn vrouw. Hij is de hoofdverantwoordelijke voor het welslagen van het huwelijk. De enige manier waarop hij zijn hoofdschap goed en tot welzijn van zijn vrouw kan uitoefenen, is door zich bewust te zijn van zijn eigen ondergeschiktheid aan Christus. Op zijn beurt kan hij leren van Christus, hoe Hij onderdanig was aan God toen Hij op aarde leefde. Christus is het Hoofd van de man. Als de man de consequenties daarvan in praktijk brengt, zal het voor hem niet moeilijk zijn om zijn vrouw op een liefdevolle, zorgzame wijze te leiden.
Ontzag van de vrouw
“En de vrouw moet ontzag hebben voor haar man” (Ef 5:33).
Het is voor een vrouw belangrijk dat zij een man heeft tegen wie ze kan opkijken, voor wie ze respect kan hebben, die ze kan eren. Dat zal voor haar niet moeilijk zijn als de man zich gedraagt zoals in de vorige punten naar voren is gekomen. Maar ook als hij zich niet gedraagt zoals van hem verwacht mag worden, dan nog zal het haar tot zegen zijn als zij ontzag voor hem heeft. Ze zal bijvoorbeeld niet gezagsondermijnend bezig zijn. In 2 Koningen 4 staat een geschiedenis die ook in dit verband het nodige te zeggen heeft (2Kn 4:8-37).
Schoonheid is vergankelijk
“Bevalligheid is bedrieglijk en schoonheid vergankelijk,
een vrouw die de HEERE vreest, die zal geprezen worden” (Sp 31:30).
Het eerste waardoor jonge mensen tot elkaar worden aangetrokken is het uiterlijk. Dat is niet vreemd en ook niet verkeerd. Maar laten ze wel beseffen dat die aantrekkelijkheid vlug kan verdwijnen als blijkt dat er achter dat mooie voorkomen een akelig karakter schuilgaat. Ook in het huwelijk kan het uiterlijk niet de hoofdrol spelen in de omgang tussen man en vrouw.
Elk mooi en jeugdig lichaam gaat na verloop van tijd de tekenen van ‘slijtage’ vertonen. Het kan ook gebeuren dat door een of andere ziekte of infectie alle uiterlijke aantrekkelijkheid verdwijnt. Toch zal dat niet ten koste gaan van de ware aantrekkelijkheid die man en vrouw in elkaar hebben leren ontdekken. Een vrouw bezit voor haar man een schoonheid die blijft en die steeds groter wordt naarmate de jaren toenemen. Mede daardoor blijft de seksuele beleving doorgaan, lang nadat de mogelijkheid om kinderen te krijgen voorbij is.
Seksualiteit om van te genieten
Op het krijgen van kinderen wil ik verderop ingaan. Dat is het eerste doel dat de Bijbel vermeld met betrekking tot seksualiteit. Dat we eerst naar seksualiteit hebben gekeken los van het krijgen van kinderen, is vanuit het oogpunt van de praktijk. In de praktijk zien we dat een jongen en een meisje verliefd op elkaar worden daarbij de gedachte aan kinderen niet de hoofdrol speelt. Is het niet prachtig dat echtparen die geen kinderen kunnen krijgen toch de volle vreugde van de seksualiteit kunnen genieten?
Het seksueel van elkaar genieten hangt niet af van het krijgen van kinderen. In de Bijbel laat het boek Hooglied zien dat het mogelijk is met seksualiteit bezig te zijn, zonder dat daarbij per se de gedachte aan het krijgen van kinderen op de voorgrond staat. In het hele boek komen geen kinderen voor.
Dank God voor de seksualiteit
Nog één ding voordat ik het over het tweede aspect van de seksualiteit ga hebben. Heb je God wel eens gedankt voor deze gave van de seksualiteit? “En al wat u doet, in woord of in werk, [doet] alles in [de] Naam van [de] Heer Jezus, terwijl u God [de] Vader door Hem dankt” (Ko 3:17). Als we seksualiteit mogen beleven en genieten, laten we God dan daarvoor danken. Soms kun je vooraf bidden, maar zeker kun je erna bidden en danken. Misschien klinkt je dat vreemd in de oren, maar seksualiteit is niet iets zondigs en ook niet zomaar iets. Als het beleefd wordt binnen het huwelijk, mag het als een gave van God worden aanvaard. En, voor welke gave danken we niet?